Waarom de menselijke intelligentie niet zomaar te vervangen is door algoritmes
Eerder publiceerden Mathieu Weggeman en ik een artikel over het unieke van menselijke tacit kennis in een wereld met toenemende AI.
Zie:ย https://managementissues.com/kennismanagement/van-handen-en-hoofden-naar-hybriden/
In dat kader stond er recentelijk ook een interessant artikel in de Volkskrant, getiteld ‘Een superbrein dat de mens voorbij streeft’ dat ik hier kort samenvat.
De ontwikkelingen in kunstmatige intelligentie (AI) volgen elkaar razendsnel op. Chatbots voeren vloeiende gesprekken, AI-modellen schrijven code en zelfrijdende autoโs lijken binnen handbereik. Maar is de sprong naar AGI โ kunstmatige algemene intelligentie โ echt binnen bereik?
Volgens hoogleraar computationele cognitiewetenschappen Iris van Rooij van de Radboud Universiteit is het antwoord duidelijk: nee. Zij ziet geen realistisch pad naar machines die denken, redeneren en begrijpen zoals mensen dat doen.
โWe overschatten wat computers kunnen, terwijl we enorm onderschatten waartoe de menselijke cognitie in staat is.โ
Van Rooij noemt het idee van AGI een hardnekkige illusie, geworteld in een misleidende metafoor: dat het brein een soort computer zou zijn. Maar waar een machine informatie verwerkt via vaste logica, is het menselijk brein een biologisch, contextgevoelig systeem โ gevormd door miljoenen jaren evolutie. Bewustzijn, emoties, moreel besef? Volgens Van Rooij zijn dat dimensies waar geen algoritme bij in de buurt komt.
Durk Kingma, AI-onderzoeker bij Anthropic (ontwikkelaar van de chatbot Claude), denkt daar anders over. Hij erkent dat AI geen โbewustzijnโ kent zoals mensen dat doen, maar ziet juist de kracht van functionele benadering.
โEen vliegtuig vliegt ook, maar niet zoals een vogel. Waarom zou intelligentie alleen waardevol zijn als het exact menselijk is?โ
Volgens Kingma kunnen AI-systemen al op specifieke taken beter presteren dan mensen, denk aan patroonherkenning, vertalen of data-analyse. Hij pleit voor een praktische benadering van AGI: minder denken in menselijke imitaties, meer in bruikbare toepassingen.
Het debat raakt aan fundamentele vragen:
* Wat verstaan we onder โintelligentieโ?
* Moet een systeem begrijpen wat het doet, of is goed presteren voldoende?
* Waar liggen de ethische grenzen als we AI inzetten voor o.a. medische en juridische beslissingen?
Van Rooij blijft bij haar punt: het gevaar zit niet in โsuperintelligenteโ machines, maar in hoe snel we geneigd zijn om onszelf te marginaliseren tegenover technologie. โDe enige echte vooruitgang die ik zie, is het vermogen van mensen om zichzelf te onderschatten.โ
Max Herold
Juni 2025
Bron: Een superbrein dat de mens voorbij streeft. Auteur: Laurens Verhagen, Volkskrant 7 juni 3025